maandag 16 december 2013

Start kern 5

Kern 5:
In deze kern leert uw kind:

Letters: eu - j - ie - l - ou - uu
Woorden: reus, jas, riem, bijl, hout, vuur


Uw kind kent inmiddels al heel wat letters: De komende weken komen daar nieuwe letters bij: de eu van reus, de j van jas, de ie van riem, de l van bijl, de ou van hout en de uu van vuur.
Het thema van deze kern is ‘sprookjes’ of ‘verhalen en vertellingen’. De nieuwe woorden worden aangeboden in een sprookje over een reus, of in een verhaal over een verhalenverteller die verhalen vertelt over Sinterklaas, Kerst of over de winter.
In deze kern leert uw kind onder andere de letters bij de klanken eu – ou. Net als de reeds bekende letters ij en oe bestaan deze ‘letters’ uit twee tekens. Voor de kinderen is de eu echter één letter. U praat dus over de letter –eu-. Niet over de letters e-u.

Uw kind krijgt elke kern oefeningen om de nieuwe letters te oefenen en toe te voegen aan reeds bekende letters. Zo leren kinderen ook woorden lezen in rijtjes. In elk woord wordt een letter vervangen door een andere letter. Dat kan de letter vooraan, in het midden of achteraan in het woord zijn. Op deze manier oefent uw kind om met letters die het kent nieuwe woorden te maken. (muur-vuur)
Uw kind kent nu bijna alle letters. Daarom kunt u in de bibliotheek alle eenvoudige boekjes lenen. De boeken zijn ingedeeld aan de hand van een codering. Code M3 en E3 staat voor leesboeken voor beginnende lezers. Stimuleer de leesvaardigheid van uw kind en zoek samen regelmatig leuke boeken uit!

woensdag 30 oktober 2013

Start kern 3

Kern 3: doos - poes - koek - ijs - zeep
Letters: d - oe - k - ij - z
Herhaling van de letters van kern 1 en 2
Deze nieuwe woorden en letters worden aangeboden aan de hand van een verhaal uit een reuzenboek. In dit verhaal vinden kinderen in een wensdoos telkens een nieuwe verrassing. Het thema van deze kern is ‘Wat zit erin?’

Woorden en zinnen

Uw kind is bij het begin van kern 3 alweer een week of zeven in groep 3. Steeds meer woorden kunnen worden gelezen. Uw kind leert niet alleen nieuwe letters en woorden, maar oefent deze ook op verschillende manieren.
Een voorbeeld van zo'n oefening is het invullen van letters in woorden waarin een letter ontbreekt. Bij het stukje ‘-en’ kan het kind kiezen uit b, p en r om er een compleet woord van te maken. Het plaatje dat naast het woord afgebeeld wordt geeft aan welk woord bedoeld is (ben, pen of ren).
Uw kind leest ook al korte zinnen:
ik eet een vis.
een kip en een aap.
tim zit bij een boom.

Klik hier voor de spelletjes bij kern 3

woensdag 2 oktober 2013

Start kern 2

Kern 2: teen - een - neus - buik - oog
De letters i - m - r - v - s – aa - p – e zijn bekende letters geworden. De letters t – ee - n – b – oo komen daarbij met behulp van de woorden: teen, een, neus, buik, oog. Deze woorden passen bij het thema: ‘Mijn lijf’. Uw kind krijgt deze woorden aangeboden met behulp van een verhaal dat verteld wordt aan de hand van een reuzenboek. In dat verhaal moeten twee kinderen naar zwemles, maar door een ongelukje komen ze daar niet terecht.

Hakken en plakken


Naast het uitbreiden van de letterkennis, werkt uw kind ook aan de vaardigheden die nodig zijn om te kunnen lezen: woorden in stukjes hakken (letters of klanken) en die stukjes weer aan elkaar plakken tot een woord.Met behulp van de tot nu toe geleerde letters kunnen ook andere woorden worden gemaakt dan bovenstaande woorden, bijvoorbeeld: vaar, kaas, pit, raam, boos. Dat is een ontdekkingsreis met steeds meer ontdekkingen en uitdagingen.

Klik hier voor spelletjes bij kern 2!